INDEX Grafisch

Haije Visser
Persoon:
GeslachtMan
Familienaam Visser
Voornamen Haije Jans
Geboren di 30 aug 1825 te Harlingen aangifte: blad 106;
Overleden di 8 aug 1848 te met schip vergaan 22jr
bron: vermoeden van overlijden;
aangifte: arrondisementsregtbank Leeuwarden 1856 vonnis 1981;
Beroep zeeman, stuurman;
Adres Harlingen
Vader: Visser, Jan Jans,1800-1828(X,1k)
Moeder: Bruinsma, Klaaske Hayes- (X,1k)
Gezin:
1. Visser, Haije Jans,1825-1848(X1848)
Relatie:Bochardt, Louisa Carolina,1828-1912(X1848)(X1857,7k)
Burg.huwelijk do 23 mrt 1848 te  Harlingen
22 jr
bron: aktenr 11;
Scheiding za 31 mei 1856 te  Leeuwarden
bron: arrondisements regtbank te Leeuwarden vonnis nr 1981: za 31 mei 1856;
Begraven-notitie: Haije Visser wordt geacht te zijn overleden op de dag van het laatste blijk van aanwezen: 8-8-1848
bericht:
1848 : Binnengekomen. Pillau 27 Julij. Maria, Visser, v. Harlingen/
van Pillau den 18den [Aug] Maria, A.D. Visser, naar Amsterdam;
bron: Algemeen Handelsblad van 5-8-1848 / Rotterdamsche courant van 31-8-1848


vermoeden van overlijden:
1856 : In den jare Achttien Honderd Zes en Vijftig, den Een en Dertigsten Mei, heb ik JOCHEM OBBES TERGÜIN, Eerste Deurwaarder bij de Arrondissements-Regtbank te Leeuwarden, wonende aldaar, ter instantie van LOUISA CAROLINA BOCHARDT, zonder Beroep, wonende te Harlingen, Huisvrouw van HAIJE VISSER, vroeger Wede te Harlingen woonachtig, tot haren Procureur in deze constituerende Mr C. C. C. WARMOLTS, te Leeuwarden, uit kracht van het verlof verleend bij Vonnisse door de Arrondissements-Regtbank te Leeuwarden gewezen den Twintigsten Mei 1800 Zes en Vijftig behoorlijk geregistreerd, Ten Derden male Gedagvaard HAIJE VISSER, gewoond hebbende te Harlingen, doch thans afwezig, oa, na verloop van Drie maanden , en wel op Dingsdag den Negenden september 1800 Zes en Vijftig, des Voormiddagsten Tien uur, bij Procureur ’te compareren voor de Arrondissements-Regtbank te Leeuwarden, zitting houdende in het paleis van Justitie aldaar, ten einde:
Aangezien gedaagde in de maand Julij des jaars 1848 als Stuurman is Vertrokken uit Harlingen met het schip Maria, bestemd naar Pillau.
Aangezien gedaagde bij brief van 28 Julij 1848,*), zijne aankomst te Pillau heeft berigt en den daaropvolgende 8sten Augustus bij brief, !) uit Koningsbergen heeft geschreven, dat het Schip waarschijnlijk den 11 of 12den Augustus zoude vertrekken en bestemd was naar Amsterdam.
Aangezien sedert dien tijd, noch van het schip, noch van gedaagde eenig berigt is ingekomen.
Aangezien er meer dan Drie jaren na het laatste berigt van gedaagde zijn verloopen, zonder dat eenig bewijs is ingekomen van zijn aanwezen of van zijn overlijden.
Aangezien er alzoo regi vermoedcn van overlijden van gedaagde bestaat, zulks sedert den 8 sten Augustus 1848, als zijnde de dag, waarop het Jaatst van zijn aanwezen geblijkt en de Eischcres in hare betrekking van Echtgenoote er belang bij heeft, dat zulks bij Vonnis door voornoemde regtbank worde verklaard, ten einde aan haar, als achtergeblevene Echt- vergunning worde verleend om een ander huwelijk aan te gaan.
Aangezien dc gedaagde na reeds twee reizen op bekomen verlof van oormeide Regtbank bij openbare dagvaarding te zijn gedagvaard, in gefeke is gebleven om, of in persoon of door gemagtigde van zijn aanwezen te doen blijken, er dien ten gevolge verlof tot deze derde dagvaarding is verleend. Mitsdien aan gemelde Regtbank, hetzij in Persoon hetzij door lemand an zy’nentwege van zijn aanwezen te doen blijken, den gedaagde tevens anzeggende dat ingeval noch hij , noch lemand voor hem op deze derde dagvaarding bij vooraf gestelden Procureur mogt opkomen en alzoo niet enoorlijk van zijn aanwezen mogt blijken, door de Requirante zal worden geconcludeerd dat bij Vonnisse van de Arrondissements-Regtbank voornoemd na verhoor van het Openbaar Ministerie zal worden verklaard dat de teSts vermoeden van het overlijden van Gedaagde bestaat, en wel sedert achtsten Augnstus 1800 Acht en Veertig als zijnde de dag waarop het laatst van zijn aanwezen geblijkt en aan haar, Requirante als achtergeblevene echtgenoote vergunning worde verleend om een ander Huwelijk aan te gaan. Wijders dat de kosten dezer procedure uit den Boedel van gedaagde zullen worden betaald. in Afschrift dezer dagvaarding, welke ingevolge voorschreven Vonnis mede in Leeuwarder Courant en in het Alg. Handelsblad zal worden geplaatst, publiek aangeplakt aan de voorname deur van de vergaderplaats van de -arrondissemcnts-Regtbank te Leeuwarden en aan het huis der gemeente Harlingen, en heb ik mede Afschrift dezes gelaten aan den Heer Officier van voornoemde Regtbank, die het oorspronkelijke met Gezien heeft geteekend. De kosten dezes zijn Twaalf Gulden Acht en Derti" Cents (Get) 3. O. TERGÜIN. KOSTEN. Gezien bij ons Officier bij de Arrondissements- Exploit. . ƒ0.75 Regtbank te Leeuwarden op heden 31 Mei 1856. Schrijdoon. .1.90 (Gei.) J. M. v. BEYMA.
| Geregistreerd te Leeuwarden, zonder renvooi, viseren. . //0.30 den Een en Dertigsten Mei 1800 Zes en Vijftig, Aanpakken « 0.60 deel Zeven en Dertig, folio Negentig, recto vak «e?istr.. . -/l.lOi Vier. Ontvangen Tachtig Cents regt met 38 op"-.Jgeia. . 11 6.— centen Een Gulden Tien een Tweede Cents. ,„_„,, Z12,38 De Ontvanger, . (^761) (Get.) VAN NOOTEN.
*) Geregistreerd te Leeuwarden, den 14dcn Januarij 1856, Deel Negen, folio 53, recto vak drie, voor een regt met opcenten van Een Gulden Tien een tweede Cents, bij den Ontvanger VAN NOOTEN
!) geregistreerd te Leeuwarden, den Uden January 1856, Deel 9 folio 53 recto, vak vier, voor een regt vCiwPSt™ Een Guklen Tien con tweede Cents biJ den ontvanger van NOOTEN,
bron: Algemeen Handelsblad van 9-6-1856


Gegenereerd met Aldfaer-versie 11.1 op 29-07-2025 15:21:25 door C. M. Fortuin